Wie vast zit in werk of privéleven, kan tegenwoordig terecht bij een keur aan trainers en coaches. Maar iedereen die het wil, mag zichzelf coach noemen. Dat is niet goed voor het imago van het beroep, zeggen coachingexperts. En welke gevolgen heeft dit voor wie hulp zoekt?
Piekeren door problemen op het werk, vastlopen in je carrière of uitgeblust raken door werkdruk; werkstress is al jaren beroepsziekte nummer één. De coronapandemie heeft het er niet beter op gemaakt. Sinds de crisis is zelfs het aantal thuiswerkers met burn-outklachten verdubbeld, meldde vakbond CNV.
In het kader van voorkomen is beter dan genezen, bezoeken steeds meer werkenden een coach. Een coach kan helpen bij het krijgen van inzicht in hoe je de situatie beter of anders kunt aanpakken. Aan helpende handen geen gebrek tegenwoordig. Uit cijfers van de Kamer van Koophandel blijkt dat het aantal bedrijven dat coaching aanbiedt in 2019 met 66 procent is gestegen naar ruim 63.000.
Bruikbaar advies
Die groei is ook niet onopgemerkt gebleven bij Anne de Jong, psycholoog, coach, trainer en oprichter van opleidingsinstituut Nonons. ”Er wordt meer gecoacht. Het lijkt ook een soort normaal geworden om je te laten coachen. Je gaat naar de fysiotherapeut voor je rugklachten en naar een coach als je iemand nodig hebt die met je meedenkt” Maar het aantal coaches dat echt goed is in het vak ligt vermoedelijk veel lager, zegt De Jong. Ze ziet de groei dan ook met lede ogen aan. ,,Iedereen kan zich coach noemen en dat is kwalijk want je werkt soms met mensen die kwetsbaar zijn. Het is een vak. Sommige mensen zeggen: ‘Ik kan zo goed luisteren, ik ben vast een goede coach.’ Maar dat maakt je niet per se tot een goede coach.”
Tosca Gort is eigenaar Gort Coaching, het grootste coachingbedrijf in Nederland, en maakt zich zorgen om de opmars van onervaren coaches. ,,Ik heb tot mijn grote verbazing zien gebeuren dat steeds meer mensen zichzelf ineens coach noemen nadat ze bijvoorbeeld zelf een burn-out hebben gehad. Als je vanuit eigen ervaring mensen gaat coachen, ben je eigenlijk gewoon een mentor.”
Dit soort praktijken zijn niet goed voor het imago van coaching, zegt Hoofdredacteur van Psychologie Magazine Sterre van Leer. ,,Op zijn best krijg je van zo iemand een bruikbaar advies, en op zijn slechtst een beroerde training. En daar betaal je dan ook nog voor.” Van Leer pleit voor meer goed opgeleide coaches die weten wat ze doen. ,,De GGZ raakt verstopt. Ze zouden heel goed ingezet kunnen worden om de lange wachtlijsten te verhelpen. Voor levensfaseproblematiek en lichtere klachten kun je prima naar een coach. Maar dat moet dan wel een goede zijn.”
Maar hoe scheid je dan het kaf van het koren? Dit zijn vier punten waarop je kan letten bij het vinden van een coach:
1. Check de opleiding
Tosca Gort adviseert om in ieder geval iemand te kiezen die ervoor geleerd heeft. ,,Het liefst een coach die heeft doorgeleerd. Meestal duren opleidingen zo’n twee of slechts een jaar. Ik weet dat veel mensen uit het vak pleitten voor een langere opleiding van vier jaar.” Want achter coaching zit veel meer techniek dan de meeste mensen denken. ,,Je helpt de ander inzicht te krijgen. Die techniek komt uit de therapiewereld of de psychologie. Er zijn duizenden modellen die je kunt inzetten, je moet wel weten welke je wanneer gebruikt.”
De Jong sluit zich daarbij aan. ,,Goede coaches zijn goed opgeleid en hebben allerlei technieken geleerd.” Als coach moet je kunnen analyseren en confronteren, zegt De Jong, en dat is niet iets wat je in een dag leert. Van Leer: ,,Er zijn zoveel opleidingen en ook een aantal die er op papier al snel indrukwekkend uitzien. Maar soms duren die maar drie weekenden.”
2. Vraag naar ervaring
Een opleiding zegt niet meteen alles over iemands kwaliteiten, het aantal vlieguren is net zo belangrijk. Gort: ,,Je kunt beter een coach kiezen die al langer dan acht jaar bezig is. Iemand die net is begonnen, raad ik niet direct aan. Want je wil iemand die van persoonlijke ontwikkeling zijn of haar levenswerk heeft gemaakt.”
Van Leer geeft als tip om bij je oriëntatie te vragen naar iemands achtergrond. ,,Vraag zelf door: wat heeft iemand na zijn opleiding allemaal gedaan. Is er jaarlijkse bijscholing en is diegene lid van een beroepsvereniging?”
De Jong raadt aan om te vragen hoeveel iemand per maand coacht. ,,Ik ga me ook niet laten opereren door een arts die een uur per week opereert. Een startende coach is niet meteen slecht, maar ervaring en jezelf blijven ontwikkelen spelen wel een grote rol. Ik doe nog steeds elk jaar een opleiding. Vraag hoe serieus iemand zijn of haar vak neemt.”
Je kunt ook altijd nog je eigen omgeving raadplegen tijdens je zoektocht naar de juiste coach. Een ervaren coach die vrienden of kennissen goed geholpen heeft komt immers kundiger over. ,,Als ik een aannemer zoek, vraag ik ook aan vrienden of ze nog een goede weten. Je wil toch ook een coach met goede aanbevelingen?”, zegt De Jong.
Gort zou het juist afraden om iemand te nemen die een kennis geholpen heeft. ,,Uit de praktijk blijft dat dit vaak uitloopt op een teleurstelling. Jouw kennis heeft meestal andere behoeftes dan jij. Zoek zelf iemand die perfect bij jou past.”
3. Zoek naar een klik
Vraag altijd eerst een intakegesprek aan voor je aan het traject begint. De meeste coaches bieden die gratis aan. ,,Je moet wel kunnen bepalen of er een klik is, je legt namelijk wel je hoofd en hart bij iemand op tafel. Er zijn ruim 60.000 coaches in Nederland, als het niet klikt zoek je gewoon verder”, zegt De Jong.
Vertrouw op je intuïtie, zegt Gort. ,,Als je echt niet goed in je vel zit, moet je wel iemand kunnen vertrouwen. Ga voelen of dit de juiste persoon voor jou is. Bij ons krijg je een gratis begingesprek en betaal je daarna per gesprek. Ik vind ook: als iemand er dan uiteindelijk niets aan heeft, dan heb je je werk niet goed gedaan als coach.”
4. Kijk verder
Uiteindelijk helpt een coach iemand die het leven een 5 geeft dit cijfer naar een 9 te tillen. Gort: ,,Je depri voelen omdat je je baan niet leuk vindt, is heel normaal. Meestal heb je gewoon een plan nodig. Maar zie je het leven behoorlijk somber in, dan heb je misschien toch andere hulp nodig.”
Misschien moet je eerst onderliggende patronen aanpakken voordat je aan een nieuw plan voor je carrière kan gaan denken. ,,Met een stevige depressie hoor je niet bij een coach. Dat zou je coach zelf ook moeten signaleren”, zegt Van Leer.
Daar sluit De Jong zich bij aan, een coach moet altijd weten wanneer iemand niet meer te coachen is en een doorverwijzing naar de psychotherapeut of psychiater beter is. ,,Je moet als coach weten wat je vak inhoudt. Die verantwoordelijkheid ligt bij jou.”
Bron: AD