Wist je dat jouw gedrag niet alleen wordt bepaald door je natuurlijke persoonlijkheid, maar ook door de situatie waarin je je bevindt? Ben je bijvoorbeeld een “ander persoon” als student in een klaslokaal in vergelijking met wanneer je deel uitmaakt van een hechte sociale groep? Lees verder om te ontdekken waarom jouw persoonlijkheid meer nuances heeft dan je denkt!
We zijn anders bij anderen
De ideeën beschreven in dit artikel zouden je waarschijnlijk bekend moeten voorkomen, zo niet vanzelfsprekend. Als we gevraagd worden om na te denken over onze vrienden, vijanden, familieleden en collega’s, komen enkele van de eerste dingen die in ons opkomen, overeen met hun persoonlijkheidskenmerken. We denken misschien aan hoe warm en behulpzaam onze eerste leraar was, hoe onverantwoordelijk en onzorgvuldig onze broer is, of hoe veeleisend en beledigend onze eerste baas was. Elk van deze beschrijvingen weerspiegelt een persoonlijkheidstrek, en de meesten van ons denken over het algemeen dat de beschrijvingen die we voor individuen gebruiken, hun “kenmerkende patroon van gedachten, gevoelens en gedragingen” nauwkeurig weerspiegelen, of met andere woorden, hun persoonlijkheid.
Zijn persoonlijkheidstrekken een illusie?
Maar wat als dit idee verkeerd was? Wat als ons geloof in persoonlijkheidstrekken een illusie was en mensen niet consistent zijn van de ene situatie naar de andere? Dit was een mogelijkheid die de basis van de persoonlijkheidspsychologie aan het eind van de jaren zestig schokte, toen Walter Mischel een boek genaamd “Persoonlijkheid en Beoordeling” (1968) publiceerde. In dit boek suggereerde Mischel dat als je het gedrag van mensen over vele verschillende situaties bekijkt, de consistentie eigenlijk niet zo indrukwekkend is. Met andere woorden, kinderen die op school spieken tijdens toetsen, kunnen stipt alle regels volgen bij het spelen van spelletjes en zullen misschien nooit een leugen vertellen tegen hun ouders. Hij suggereerde dus dat er misschien geen algemene eigenschap van eerlijkheid is die deze ogenschijnlijk gerelateerde gedragingen verbindt. Bovendien suggereerde Mischel dat waarnemers kunnen geloven dat brede persoonlijkheidstrekken zoals eerlijkheid bestaan, terwijl dit geloof in feite een illusie is. Het debat dat volgde op de publicatie van Mischel’s boek werd het persoon-situatie debat genoemd omdat het de kracht van persoonlijkheid tegenover de kracht van situationele factoren als bepalers van het gedrag dat mensen vertonen.
Situatie vs persoonlijkheid
Vanwege de bevindingen die Mischel benadrukte, richtten veel psychologen zich op een alternatief voor de persoonlijkheidstrekbenadering. In plaats van brede, contextvrije beschrijvingen te bestuderen, zoals de persoonlijkheidstrektermen die we tot nu toe hebben beschreven, dacht Mischel dat psychologen zich moesten richten op de unieke reacties van mensen op specifieke situaties. Sommige kinderen zijn bijvoorbeeld misschien bijzonder geneigd om te spieken bij een toets als het risico om betrapt te worden laag is en de beloningen voor spieken hoog zijn. Anderen worden misschien gemotiveerd door het gevoel van risico dat gepaard gaat met spieken en kunnen dit zelfs doen als de beloningen niet erg hoog zijn. Dus het gedrag zelf wordt bepaald door de unieke evaluatie van de risico’s en beloningen op dat moment, samen met haar evaluatie van haar capaciteiten en waarden. Hierdoor kan hetzelfde kind in verschillende situaties heel anders handelen. Mischel dacht dus dat specifieke gedragingen worden gedreven door de interactie tussen zeer specifieke, psychologisch betekenisvolle kenmerken van de situatie waarin mensen zich bevinden, de unieke manier waarop de persoon die situatie waarneemt, en zijn of haar vermogen om ermee om te gaan. Mischel en anderen betoogden dat het deze sociaal cognitieve processen zijn die de reacties van mensen op specifieke situaties ondersteunen en enige consistentie bieden wanneer de situatiekenmerken hetzelfde zijn. Als dat het geval is, kan het bestuderen van deze brede eigenschappen vruchtbaarder zijn dan het catalogiseren en meten van smalle, contextvrije eigenschappen zoals Extraversie of Neuroticisme.
Het effect van de situatie
In de jaren na de publicatie van Mischel’s (1968) boek, woedden debatten over de vraag of persoonlijkheid echt bestaat, en zo ja, hoe het moet worden bestudeerd. En, zoals vaak het geval is, bleek dat een meer gematigde middenweg dan wat de situationisten voorstelden mogelijk was. Het is zeker waar, zoals Mischel opmerkte, dat het gedrag van een persoon in één specifieke situatie geen goede gids is voor hoe die persoon zich zal gedragen in een heel andere specifieke situatie. Iemand die extreem spraakzaam is op een specifiek feest, kan soms terughoudend zijn om te praten tijdens de les en kan zelfs als een muurbloem optreden op een ander feest. Maar dit betekent niet dat persoonlijkheid niet bestaat, noch betekent het dat het gedrag van mensen volledig wordt bepaald door situationele factoren. Onderzoek dat werd uitgevoerd na het persoon-situatie debat toont aan dat het effect van de “situatie” gemiddeld ongeveer even groot is als dat van persoonlijkheidstrekken. Het is echter ook waar dat als psychologen een breed scala aan gedragingen beoordelen over veel verschillende situaties, er algemene neigingen naar voren komen. Persoonlijkheidstrekken geven een indicatie van hoe mensen gemiddeld zullen handelen, maar vaak zijn ze niet zo goed in het voorspellen van hoe een persoon zal handelen in een specifieke situatie op een bepaald moment. Om brede persoonlijkheidstrekken het best vast te leggen, moet men gedragspatronen beoordelen, gemiddeld over tijd en over vele verschillende soorten situaties. Kortom, je bent niet altijd wie je denkt dat je omgeving kan veel uitmaken!