Voor een geslaagde afloop van het coachtraject is het in praktijk brengen van het geleerde in de dagelijkse werksituatie van groot belang. Iets leren wil nog niet zeggen dat het geleerde blijft hangen of toepasbaar is.
Als het gecoachte niet blijft hangen of niet toepasbaar is in de praktijk van alledag, dan kan je als coach zijnde blijven coachen tot je er bij neer valt. Het is belangrijk dat naast dat de weg er naar toe prettig en zinvol de weg is, er ook voldoende rendement is. Dat er een goede transfer is van het geleerde.
Transferbevorderende factoren zijn:
- De gecoachte weet wanneer, waar en hoe hij de verworven vaardigheid kan inzetten
- De gecoachte is overtuigd dat de nieuwe vaardigheid hem iets oplevert.
- De gecoachte gaat ervoor en vindt het leuk om zich de vaardigheid eigen te maken.
- De gecoachte kan de vaardigheid toepassen, zonder dat dit op de langere termijn extra tijd vraagt of de situatie complexer maakt.
- De gecoachte oefent de vaardigheid steeds opnieuw om deze zich eigen te maken.
- De gecoachte krijgt verbeterpunten aangereikt en feedback op successen.
- De omgeving geeft aandacht aan de nieuwe vaardigheid door de vaardigheid positief te ontvangen, de ontwikkeling te signaleren en te waarderen, en de verbeterpunten te benoemen en de gecoachte helpen om de vaardigheid te oefenen.
- Voorbeeldgedrag. De omgeving past zelf de vaardigheid op de juiste wijze toe.
- De gecoachte kan het geleerde verbinden met ervaringen uit het verleden.
- De gecoachte ziet de samenhang tussen gebeurtenissen, overtuigingen en gedrag
- De context waarin de vaardigheid wordt aangeleerd is zo gelijk mogelijk aan de context waarin de vaardigheid gebruikt gaat worden.
Effectief leren met behulp van een coach? Plan een gratis en vrijblijvend orientatiegesprek in bij een coach.