Belbin Teamrolmodel
Het teamrolmodel van Belbin is een sociaal-psychologisch model dat wereldwijd wordt gebruikt bij het coachen, trainen en adviseren van individuen, teams en organisaties. Het teamrolmodel is gebaseerd op jarenlang empirisch onderzoek door Dr. Meredith Belbin naar de interacties tussen succesvolle en niet succesvolle teams.
Het belbin model onderscheidt 9 verschillende teamrollen die in een succesvol team aanwezig dienen te zijn. Volgens Belbin combineert elk persoon twee of drie verschillende teamrollen. Dit zijn de voorkeursrollen: rollen waarin jij je makkelijk beweegt en die goed bij je passen.
De rollen zijn echter wel gebonden aan de context. Hiermee wordt bedoeld dat de verhouding onderling bepaalt welke rollen in de samenwerking zichtbaar en actief worden. Dit kan dus per omgeving verschillen.
Welke teamspeler ben jij volgens de Belbin Teamrollen Test?
Een team is niet een willekeurig stel mensen met verschillende functies, maar een groep mensen met ieder een eigen rol. Teamleden zoeken bewust bepaalde rollen op en zij functioneren optimaal in de rol die hun van nature het beste ligt.
Onderdeel van teamcoaching
Door in te spelen op wat iemand het beste kan en ook zijn zwaktes te kennen kunnen er betere prestaties worden behaald binnen een team. Teamrolmanagement gaat om de manier waarop mensen zich in een groep gedragen.
Deze test is complementair, wat betekent dat er geen vaste rol is voor mensen maar dat er vaak twee teamrollen je van nature goed liggen en nog een aantal teamrollen die zij gemakkelijk kunnen aannemen. Hieronder worden de 9 verschillende rollen besproken.
Bedrijfsman
De bedrijfsman zorgt ervoor dat besluiten worden omgezet naar concrete werkzaamheden. Eigenschappen van de bedrijfsman zijn: nuchter, ordelijk en systematisch. Er heerst een ‘niet praten maar poetsen’ mentaliteit. Het is een harde werker met een praktische geest. Hij kan erg taai en vasthoudend zijn. Flexibiliteit is soms ver te zoeken, vooral wanneer nieuwe ideeën worden voorgelegd. De behoeftes van een bedrijfsman zijn regelmaat, vaste afspraken en structuur.
Brononderzoeker
De brononderzoeker is extravert, altijd op zoek naar nieuwe informatie en interessante contactpersonen. Het is een nieuwsgierige verkenner, met een groot netwerk. Vaak wordt hij als creatief ervaren, maar eigenlijk is hij juist erg goed in het samenvoegen van ideeën dan het zelf verzinnen ervan. Brainstormen, vernieuwing en improvisatie zijn echte doelen van de brononderzoeker. Vaak vinden mensen hem positief en enthousiast, het kan wel voorkomen dat hij taken net zo makkelijk laat vallen als dat hij ze oppakt.
Plant
De plant is de echte verzinner van de groep. Een creatieve denker met veel originaliteit en verbeeldingskracht. Hij is op zoek naar de ruimte om te kunnen fantaseren, strategieën te bedenken voor de toekomst en om nieuwe oplossingen te vinden voor oude problemen. De plant is introvert en werkt daarom het liefst op een afstand van het team. De plant is zeer gevoelig voor waardering en kritiek. Soms kan het wel lijken alsof er een gebruiksaanwijzing nodig is om dit talent tot bloei te krijgen binnen een team.
Monitor
De monitor is de bedachtzame na- en doordenker. Objectief en weloverwogen analyseren is zijn gave. Hij wil graag weten wáárom in plaats van klakkeloos aannemen. De zwakke plekken in een argumentatie vallen hem snel op. De monitor laat zich leiden door verstandigheid en voorzichtigheid. Hierdoor is zijn oordeel vaak doordacht en zelden onjuist.
Vormer
De vormer is enorm gedreven en wilskrachtig. Hij ervaart een sterke drang om te presteren en een grote dosis nerveuze energie. Hij houdt van strijd en woordenwisseling, en daagt daarom dan ook net zo vaak uit als dat hij zichzelf uitgedaagd voelt. Als het tegenzit, raakt hij gefrustreerd en emotioneel. De vormer weet goed hoe hij anderen in beweging zet. Zelf wordt hij vaak geplaagd door twijfels over eigen kunnen, die hij alleen kan wegnemen als hij resultaten behaald. Een moedige ondernemer kenmerkt de vormer.
Voorzitter
De voorzitter wil graag dat iedereen het uiteindelijk met elkaar eens is. Hij is een natuurlijke coördinator die de procedure leidt en samenvat wat iedereen wil. Een sterke kwaliteit van de voorzitter is dat hij talenten bij anderen ontdekt en iedereen aanmoedigt bij te dragen op zijn eigen manier. De voorzitter kenmerkt zich door zijn extraversie, positiviteit en ruimdenkendheid. Belangrijk is wel dat de voorzitter op zoek is naar consensus, maar bij meerderheid of tijdsdruk zonder aarzelen de knoop doorhakt.
Zorgdrager
De zorgdrager houdt zich voortdurend bezig met wat mis zou kunnen gaan. Zijn grote zorg naar mensen en zaken en een sterk zintuig voor gevaar resulteren in een waakzaam oog voor detail en een zekere hang naar perfectie. Hij controleert alles tot in de puntjes en zorgt voor de kwaliteit. Zijn uiterlijke zelfbeheersing en kalmte kunnen bedrieglijk zijn: hij is niet gauw gerustgesteld en heeft moeite taken aan anderen over te laten. Bezorgd om zaken over het hoofd te zien maar tegelijkertijd sterk gericht op eenheid absorbeert hij als het ware de stress die het werk met zich meebrengt.
Groepswerker
De groepswerker is het meest ondersteunende en gevoelige lid van het team. Vriendelijk van aard, meegaand en gericht op het creëren van sfeer en gevoel van gezamenlijkheid. Hij is erg goed in luisteren en moedigt anderen aan om ook open te staan voor andermans ideeën. Met tact en diplomatie probeert de groepswerker conflicten te vermijden. Met behulp van de gevoelige sociale antennes en zijn communicatieve souplesse bevordert hij de teamgeest en weet zo mensen tot elkaar te brengen. In kritieke momenten kan het een uitdaging zijn voor de groepswerker om een beslissing te nemen.
Specialist
De specialist kenmerkt zich door zijn technische vaardigheden en gespecialiseerde kennis. Hij is een toegewijde vakman, een stille en standvastige solist die zijn prioriteiten legt op het handhaven van professionele normen. Hij waagt zich niet vaak buiten de grenzen van zijn eigen vak en is ook niet geïnteresseerd in de specialismen van anderen. Het liefst concentreert hij zich op één zaak.
De Belbin Test
De test bestaat uit 7 halve zinnen die je dient af te maken. Per zin moet je 10 punten toekennen aan de juiste antwoorden. Deze 10 punten verdeel je over de mogelijke antwoorden waar jij denkt dat ze het beste je gedrag omschrijven. Je zou ze eventueel ook allemaal kunnen verdelen, of juist alle 10 op 1 antwoord inzetten. De punten kun je per stelling opschrijven op het antwoordformulier na de laatste vraag.
1. Wanneer ik in een team zit zou het volgende voor mij kunnen gelden:
a. Ik merk nieuwe kansen snel op en maak daar goed gebruik van.
b. Ik kan met allerlei verschillende mensen goed samenwerken.
c. Een van mijn natuurlijke gaven is het produceren van ideeën.
d. Als ik iets in mensen zie wat van nut kan zijn voor de doelstellingen van de groep, weet ik het er altijd uit te halen.
e. Omdat ik zelf efficiënt ben, houd ik ervan dingen helemaal af te maken.
f. Ik vind het niet erg als mensen me een tijdlang niet aardig vinden, als ik maar goede resultaten behaal.
g. Ik voel snel aan wat werkt in een situatie die ik goed ken.
h. Ik kan objectief redeneren, en een bepaalde zaak onbevooroordeeld van verschillende kanten belichten.
2. Als ik minder goed presteer in een team dan zou dat kunnen komen omdat:
a. Ik mij pas op mijn gemak voel wanneer vergaderingen een duidelijke structuur hebben, in de hand worden gehouden en goed verlopen in het algemeen.
b. Ik vaak te veel toegeef aan teamleden die een waardevolle mening hebben die onvoldoende aan bod is gekomen.
c. Ik de neiging heb veel te praten wanneer er nieuwe ideeën in de groep worden besproken.
d. Ik het door mijn objectieve kijk op de dingen moeilijk vind om meteen enthousiast met mijn collega’s mee te praten.
e. Mensen me soms overheersend en autoritair vinden wanneer we iets klaar moeten krijgen.
f. Ik het moeilijk vind om het voortouw te nemen, misschien omdat ik te gevoelig ben voor de sfeer in de groep.
g. Ik de neiging heb om helemaal op te gaan in de ideeën die ik krijg zodat ik niet meer in de gaten heb wat er gaande is.
h. Mijn collega’s vinden dat ik me te druk maak over details, en te veel denk aan wat er mis kan gaan.
3. Wanneer ik met anderen samen aan een project werk:
a. Ben ik er goed in mensen te beïnvloeden zonder hen onder druk te zetten.
b. Worden door mijn algemene waakzaamheid fouten uit onzorgvuldigheid of nalatigheid voorkomen.
c. Sta ik klaar om tot actie aan te sporen, om te zorgen dat in vergaderingen geen tijd verspild wordt en het hoofddoel
niet uit het ook wordt verloren.
d. Zal ik altijd met een origineel idee aankomen.
e. Ben ik altijd bereid een goed voorstel te steunen wanneer dat in het gemeenschappelijk belang is.
f. Ben ik steeds op zoek naar de nieuwste ideeën en de laatste ontwikkelingen.
g. Wordt mijn vermogen om objectief te oordelen vast door anderen op prijs gesteld.
h. Kan men het gerust aan mij overlaten om te zorgen dat al het noodzakelijk georganiseerd wordt.
4. Kenmerkend voor mijn houding tegenover groepswerk is dat:
a. Ik het eigenlijk graag doe omdat ik mijn collega’s beter wil leren kennen.
b. Ik niet aarzel om de denkbeelden van anderen aan te vallen, of zelf een minderheidsstandpunt in te nemen.
c. Ik gewoonlijk niet verlegen zit om argumenten waarmee ik een redenatie die niet klopt, kan weerleggen.
d. Ik denk dat ik er goed in ben te zorgen dat een plan ook slaagt, wanneer eenmaal besloten is dat het moet worden
uitgevoerd.
e. Ik de neiging heb om voor de hand liggende opmerkingen te vermijden en met onverwachte ideeën aan te komen.
f. Mijn perfectionisme iets toevoegt aan iedere taak in het team waaronder ik mijn schouders zet.
g. Ik graag gebruikmaak van contacten met mensen buiten de groep.
h. Hoewel ik graag ieders mening wil horen, ben ik besluitvaardig wanneer dat nodig is.
5. Ik vind bevrediging in mijn werk omdat:
a. Ik er plezier in heb situaties te analyseren en de verschillende keuzemogelijkheden tegen elkaar af te wegen.
b. Ik het interessant vind praktische oplossingen voor problemen te bedenken.
c. Ik voel dat ik bijdraag aan goede werkverhoudingen.
d. Ik veel invloed kan uitoefenen op de besluitvorming
e. Ik mensen kan ontmoeten die misschien iets nieuws te bieden hebben.
f. Ik mensen kan overtuigen van de noodzaak dat iets moet gebeuren.
g. Ik me in mijn element voel wanneer ik me volledig op één bepaalde taak kan concentreren.
h. Ik graag een werkterrein vind dat mijn fantasie prikkelt.
6. Wanneer ik plotseling in weinig tijd met onbekende mensen een moeilijke taak moet uitvoeren:
a. Trek ik mij het liefst ergens in een hoekje terug, zodat ik rustig kan bedenken hoe ik het moet aanpakken.
b. Zou ik bereid zijn samen te werken met de persoon die van de meest positieve aanpak blijk geeft, zelfs als dit een
lastig iemand lijkt.
c. Zou ik een manier vinden om de taak minder omvangrijk te maken door te kijken wie wat het beste kan doen.
d. Zou mijn aangeboren urgentiebesef ervoor zorgen dat we niet achter raken op het schema.
e. Denk ik dat ik mijn hoofd koel en mijn hersenen bij elkaar zou weten te houden.
f. Zou ik recht op mijn doel afgaan en mij niet laten opjagen.
g. Zou ik bereid zijn het voortouw te nemen wanneer ik het gevoel had dat de groep geen vooruitgang boekte.
h. Zou ik een discussie op gang brengen met de bedoeling nieuwe gedachten te stimuleren en dingen in beweging te
zetten.
7. Als ik problemen heb met groepswerk zou het waarschijnlijk gaan om:
a. Mijn neiging ongeduldig te reageren op mensen die voortgang belemmeren.
b. Kritiek van anderen dat ik te analytisch ben en onvoldoende intuïtief.
c. Mijn nauwgezetheid waardoor ik soms de boel ophoudt.
d. Het feit dat is al snel verveeld raak en één of twee stimulerende groepsleden nodig heb om me enthousiast te maken.
e. De moeite die ik heb om op gang te komen tenzij ik precies weet wat het doel is.
f. Mijn onvermogen soms om ingewikkelde kwesties die ik me bedenk ook duidelijk uit te leggen.
g. Mijn gebrek aan durf om anderen dingen te vragen die ik zelf niet kan.
h. Mijn aarzelingen om mijn standpunt te verdedigen wanneer ik op duidelijke weerstand stuit.
Antwoordformulier
Vul je antwoorden op de bovenstaande vragen in onderstaand antwoordformulier in.
Vraag | a | b | c | d | e | f | g | h |
1 | ||||||||
2 | ||||||||
3 | ||||||||
4 | ||||||||
5 | ||||||||
6 | ||||||||
7 | ||||||||
Totaal |
Neem de scores uit bovenstaand antwoordformulier cel voor cel over in de corresponderen cel op het onderstaande Scoringsformulier. Tel vervolgens de punten in iedere kolom bij elkaar op, en je krijgt de totaalscores die laten zien hoe sterk de verschillende teamrollen in jouw geval naar voren komen.
Breng je scores van oefening voor elk deel over in onderstaande tabel. Tel dan de punten in elke kolom bij elkaar op en je hebt een beeld van je teamrolprofiel.
BM = Bedrijfsman BO = Brononderzoeker VZ = Voorzitter MO = Monitor
VO = Vormer GW = Groepswerker PL = Plant ZD = Zorgdrager
Item | BM | VZ | VO | PL | BO | MO | GW | ZD | ||||||||
1 | g | d | f | c | a | h | b | e | ||||||||
2 | a | b | e | g | c | d | f | h | ||||||||
3 | h | a | c | d | f | g | e | b | ||||||||
4 | d | h | b | e | g | c | a | f | ||||||||
5 | b | f | d | h | e | a | c | g | ||||||||
6 | f | c | g | a | h | e | b | d | ||||||||
7 | e | g | a | f | d | b | h | c | ||||||||
Totaal |
Normtabel voor de scores.
Laag 0-33% | Gemiddeld 33-66% | Hoog 66-85% | Zeer Hoog 85-100% | Gemiddelde score | |
Bedrijfsman | 0-6 | 7-11 | 12-16 | 17-23 | 10,0 |
Voorzitter | 0-6 | 7-10 | 11-13 | 14-18 | 8,8 |
Vormer | 0-8 | 9-13 | 14-17 | 18-36 | 11,6 |
Plant | 0-4 | 5-8 | 9-12 | 13-29 | 7,3 |
Brononderzoeker | 0-6 | 7-9 | 10-11 | 12-21 | 7,8 |
Monitor | 0-5 | 6-9 | 10-12 | 13-19 | 8,2 |
Groepswerker | 0-8 | 9-12 | 13-16 | 17-25 | 10,9 |
Zorgdrager | 0-3 | 4-6 | 7-9 | 10-17 | 5,5 |
Interpretatie van totaalscores:
De hoogste score geeft aan in welke teamrol je het beste zal kunnen functioneren in een team. De daaropvolgende scores geven de teamrollen aan waar je op kan terugvallen. De twee laagste scores geven je zwakke kanten aan, je kan dan beter een collega vinden die een compenserende teamrol heeft.
Ben je benieuwd wat de scores over jou zeggen? Is er duidelijk één type naar voren gekomen, of scoor je op meerdere types hoog? Lees hieronder wat voor soort teamspeler jij bent.